Herkomst albarossa druif
Het blauwe druivenras albarossa komt voornamelijk voor in Italië en kent haar oorsprong in de streek Piëmonte. Tot voor kort werd aangenomen dat dit ras een kruising is tussen de wereldberoemde blauwe druif nebbiolo en het andere belangrijke druivenras, barbera. Niets is echter minder waar! DNA onderzoek heeft uitgewezen dat albarossa een kruising is van nebbiolo di Dronera (wat géén nebbiolo is, maar een synoniem van het druivenras chatus!).
De albarossa druif houdt van arme bodems, het liefst droog en kalkhoudend en doet het goed op de zonnige Italiaanse heuvels.
Tijdens het groeiseizoen vormen de kleine bessen, voorzien van een donkere en dikke schil, mooie compacte trossen. De bessen bevatten veel suiker, geur- en kleurstoffen. Ondanks het hoge suikergehalte bevat de druif ook voldoende zuren.
Geur en smaak albarosso druif
Wijnen gemaakt van de albarossa druif zijn meestal vol en complex van smaak, met tonen van rood fruit, specerijen en een delicate tannine structuur. Ze worden beschouwd als geschikt voor langere opslag en veroudering.